Zet vijf tot vijftien willekeurig gekozen werknemers bij elkaar en je hebt a) een ondernemingsraad en b) een probleem. Zelfs in zorgvuldig samengestelde teams is samenwerken moeilijk, laat staan in een team waarvan de leden elkaar niet hebben uitgekozen. ‘Helaas is goed teamwork even belangrijk als zeldzaam’, zegt Patrick Lencioni in de inleiding van De 5 frustraties van teamwork. Lencioni is ceo van de door hem opgerichte Table Group. Hij adviseert grote organisaties en is een veelgevraagd spreker. Hij is ervan overtuigd dat teamwork het meest bijdraagt aan het succes van een onderneming; meer dan geld, strategie of technologie.
In De 5 frustraties van teamwork laat Lencioni aan de hand van het verhaal over de fictieve onderneming DecisionTech zien welke elementen goed teamwork frustreren, en welke juist helpend zijn. Het verhaal leest als een roman, compleet met cliffhangers.
DecisionTech haalt steeds vaker deadlines niet en blijft achter bij de concurrentie. De nieuw aangestelde ceo – Catharine – besteedt haar eerste weken aan observeren en gaat daarna met het directieteam de hei op. Van een verzameling ego’s ontwikkelt het directieteam zich uiteindelijk tot een goed functionerend, hecht team. Catharine bereikt dat door vijf stappen te doorlopen.
De eerste stap – de onderste laag van Lencioni’s piramide – is opbouwen van vertrouwen. Vertrouwen staat hier voor de zekerheid dat de intenties van collega’s goed zijn. Als er vertrouwen is, zien teamleden uit naar vergaderingen, zegt Lencioni. Dat moet ondernemingsraden als muziek in de oren klinken. Tijdens die vergaderingen worden productieve conflicten aangegaan met levendige discussies. Er worden besluiten genomen in plaats van doorgeschoven (de tweede stap).
In de derde stap wordt iedereen meegenomen in de besluitvorming. Dat houdt in dat ook degenen die niet achter een meerderheidsbesluit staan niet alleen gehoord worden, maar zich ook gehoord voelen. Dat levert commitment op. In de vierde stap leren teamleden elkaar aan te spreken op gedragingen die het team kunnen schaden. Tezamen leidt het tot stap vijf, de top van de piramide: resultaat. Dat resultaat wordt gehaald door het team en niet door ego’s in dat team.
Hoewel een ondernemingsraad geen bedrijf is, zijn er veel overeenkomsten. Ik twijfel er niet aan dat het voor ondernemingsraden herkenbaar is dat leden bijvoorbeeld denken dat het dagelijks bestuur hen zaken door de strot duwt (geen vertrouwen), leden elkaar tijdens een vergadering niet laten uitpraten (geen productieve conflicten), leden meer geïnteresseerd zijn in hun mobieltje dan in de onderwerpen op de agenda (geen commitment), leden bij het koffieapparaat over gedrag van anderen klagen (geen verantwoordelijkheid nemen voor het team) en dat leden almaar hun stokpaardje blijven berijden (ego in plaats van teamresultaat).
Of succes verzekerd is, is uiteraard de vraag. Catharine van DecisionTech kan tegenwerkende leden uit haar team de deur wijzen. Zie maar eens een saboterend ondernemingsraadslid uit de ondernemingsraad te krijgen. Voor de ondernemingsraad ligt hier dus een extra uitdaging: echt iedereen meekrijgen. Gelukkig beschrijft Lencioni in het tweede deel van het boek hoe elke frustratie overwonnen kan worden en wat de rol van de teamleider daarin is. Het is het proberen waard.