![](https://or-ondersteuning.nl/app/uploads/2023/03/banner-as-magazine-1-1800x598.jpg)
Nabestaandenpensioen
Nabestaandenpensioen, ook daar heeft de ondernemingsraad wat te doen.
De nieuwe pensioenwetgeving verandert ook het nabestaandenpensioen drastisch. Daar wordt in de besluitvorming over de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel en in de communicatie vaak aan voorbijgegaan. Het is ook niet gezellig om over het overlijden van medewerkers na te denken en daarover te communiceren. De clichématige campers, stranden en boten klinken een stuk leuker als het gaat over pensioen. Maar dat gebrek aan aandacht voor het nabestaandenpensioen komt niet zonder gevaar. Het kan zorgen voor onnodige kosten.
Door Mark Jordens
![](https://or-ondersteuning.nl/app/uploads/2024/11/pexels-shkrabaanthony-5810698-1800x2700.jpg)
Als ambtelijk secretaris ondersteun en adviseer je de ondernemingsraad ook tijdens de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. Hierbij is het belangrijk om enkele cruciale zaken mee te nemen in de pensioenonderhandelingen, zowel nu als in de toekomst.
Elk nabestaandenpensioen is straks verzekerd op risicobasis
In het oude pensioenstelsel bestaan er twee systemen om het nabestaandenpensioen bij overlijden tijdens het werkzame leven te financieren: het opbouwsysteem en het risicosysteem.
In het opbouwsysteem bouwen medewerkers gedurende de tijd dat ze bij een werkgever werken een waarde aan nabestaandenpensioen op. Als de medewerker stopt met werken of naar een andere werkgever gaat, blijft die waarde gereserveerd. Dat is prettig, want in het bestaande pensioenstelsel is het nabestaandenpensioen onder andere afhankelijk van het aantal maximaal te behalen dienstjaren bij de werkgever. Bij een nieuwe werkgever heeft de medewerker minder maximaal te behalen dienstjaren, waardoor het nabestaandenpensioen lager wordt. Dit wordt een soort ‘nabestaandenpensioenbreuk’ genoemd. Gelukkig vult het al eerder opgebouwde nabestaandenpensioen dat aan. En als een medewerker nog geen nieuwe baan heeft, of bijvoorbeeld een lang sabbatical neemt en overlijdt, ontvangen de nabestaanden het pensioen dat al is opgebouwd.
In het risicosysteem bouwt een medewerker geen waarde op. Gaat de medewerker naar een andere werkgever of heeft de ex-medewerker nog geen nieuwe werkgever, dan is er in principe geen nabestaandenuitkering uit de eerdere pensioenregeling.
In het nieuwe stelsel bestaat alleen het systeem op risicobasis nog. Dat kan klinken als een verslechtering, maar dat is het niet per se.
Het nieuwe nabestaandenpensioen biedt flinke voordelen
- Het maximaal aantal te behalen dienstjaren bij de werkgever is in het nieuwe stelsel niet meer relevant. De hoogte van het nabestaandenpensioen wordt simpelweg vastgesteld als een percentage van het laatstverdiende salaris. Er is geen ’nabestaandenpensioenbreuk‘ meer. Dat maakt overstappen naar een andere werkgever een stuk veiliger voor het gezin. Goed nieuws!
- De fiscale ruimte is in het nieuwe stelsel groter, waardoor het nabestaandenpensioen hoger kan worden. Dat wil niet zeggen dat elke werkgever die extra ruimte zal benutten, want dat brengt meer kosten met zich mee. Maar het kán wel. Goed nieuws!
- In het oude systeem wordt de hoogte van het nabestaandenpensioen bij overlijden voor de pensioendatum mede bepaald op basis van het te bereiken ouderdomspensioen. Hierbij wordt het salaris verminderd met de zogenaamde franchise. Met wat overblijft wordt dan het pensioen berekend. De franchise is voor iedereen binnen eenzelfde pensioenregeling gelijk, maar voor medewerkers met een lager salaris hakt dit er harder in dan voor medewerkers met een hoger salaris. In het nieuwe stelsel speelt de franchise geen rol meer bij het nabestaandenpensioen. Dit betekent het einde van een nadeel voor de medewerker met een lager salaris. Goed nieuws!
- Het wordt veel simpeler om de hoogte van het nabestaandenpensioen te berekenen. Geen ingewikkelde som meer met pensioengevend salaris, jaarlijks oplopende franchise en een maximaal te bereiken aantal dienstjaren. In het nieuwe stelsel neem je simpelweg een percentage van het laatstverdiende salaris. Goed nieuws!
- Wie een nabestaandenpensioen op opbouwbasis heeft, behoudt in principe de opgebouwde waarde. Daar komt dan het nieuwe nabestaandenpensioen op basis van het salaris bovenop. Dit kan leiden tot een (extra) hoog nabestaandenpensioen. Goed nieuws!
Er zijn ook nadelen en die raken vaak ondergesneeuwd door al het goede nieuws
Het nabestaandenpensioen kan in bepaalde gevallen volledig wegvallen
Een nadeel van het risicosysteem ten opzichte van het opbouwsysteem ontstaat als de ex-medewerker geen werkgever meer heeft. Bijvoorbeeld doordat hij nog geen nieuwe werkgever heeft kunnen vinden, een sabbatical neemt, voor zichzelf begint of vervroegd met pensioen gaat. Geen werkgever betekent ook geen automatisch nabestaandenpensioen. Bij het opbouwsysteem zou het opgebouwde partner-pensioen in zo’n geval nog wel beschikbaar zijn. Dit wordt enigszins verzacht doordat na het einde van de dienstbetrekking de ex-medewerker nog minimaal drie maanden verzekerd is. Zolang de ex-medewerker een WW-uitkering ontvangt, blijft de nabestaanden-verzekering ook in stand. Voor andere gevallen zal er echter iets geregeld moeten worden. Dit gaat niet vanzelf.
De ex-medewerker moet worden geïnformeerd dat er actie nodig kan zijn om haar of zijn gezin te beschermen. Dit is lastige en gevoelige communicatie. Het organiseren en borgen van deze communicatie ontbreekt vaak op de agenda van het pensioenoverleg. Ondernemingsraden kunnen ervoor zorgen dat dit onderwerp niet wordt vergeten.
Ook het gevaar van onderdekking ligt op de loer
Onderdekking ontstaat wanneer er wel een nabestaandenpensioen is, maar dit niet hoog genoeg is voor het achterblijvende gezin. Bij pensioen-onderhandelingen kan het verleidelijk zijn om een kariger nabestaandenpensioen te kiezen. De werkgever kan die besparing gebruiken om een hoger ouderdomspensioen te creëren en te laten zien. De ondernemingsraad kan bewaken dat het nabestaandenpensioen adequaat blijft.
Onnodig dure overdekking dreigt als medewerkers geen persoonlijke keuzes (kunnen) maken
De situatie verschilt per medewerker. Het is daarom wenselijk dat medewerkers zelf kunnen kiezen hoeveel nabestaandenpensioen zij via de werkgever willen regelen. Hiervoor is een regeling nodig die dit mogelijk maakt, net als de keuzebegeleiding om medewerkers met vertrouwen keuzes te laten maken. Ook dit kan een aandachtspunt zijn voor de OR in het pensioenoverleg.
Help de OR ook met dit onderdeel van het pensioendossier
Ondernemingsraden vinden pensioen al lastig, en het nabestaandenpensioen ligt dan ook nog extra gevoelig. Daar kunnen ze je hulp bij gebruiken. Als je die zelf niet kunt bieden, stel dan voor om een pensioenadviseur bij te schakelen.
![](https://or-ondersteuning.nl/app/uploads/2024/11/2022-06-27-PortetMark2-400x400.jpg)